Marcel van Maele
 DEMONENDANS

Gedicht bij gelijknamige sculptuur  van MaRf


Als mijn demonen slapen,
woon ik in een huis in de straat.
De was aan de lijn, een gemaaid plantsoen.
Dat het goed gaat, antwoord ik dan,

leunend in het deurgat en ik peuter
in de barsten van de voegen, bedenk
hoe vlammen aan gordijnen vreten.
Als mijn demonen slapen,

kijk ik in de wolken. Rond mij kucht en kreunt
de wijk achter half gesloten luiken:
een woestijn van keurigheid.
In de lade glanzen de messen.

Neuriënd duwen vuren water over het kookpunt.
De buren steken hun kopje thee
omhoog, ter begroeting uit de veranda.
Een wagen toetert de kleinkinderen

naar buiten. Iedereen slaapwandelt,
in een zon die de dag afmat
met de orde van haar uren.
Maar als mijn demonen ontwaken,

ooh, als ze ontwaken

Erwin Steyaert